Spijkers met gaten

Er was eens een jongen met zeer weinig zelfbeheersing. Zijn vader gaf hem een zak spijkers en zei tegen hem dat elke keer als hij zijn zelfbeheersing verloor, hij een spijker in de achterkant van de schutting moest slaan. De eerste dag sloeg de jongen 37 spijkers in de schutting. Over de volgende paar weken, toen hij leerde om zijn kwaadheid onder controle te krijgen, werd het aantal spijkers dat hij in de schutting sloeg geleidelijk aan minder. Hij zag in dat het gemakkelijker was om zijn zelfbeheersing niet te verliezen, dan al die spijkers in de schutting te slaan. Uiteindelijk, kwam de dag dat de jongen zijn zelfbeheersing niet meer verloor.

Hij vertelde dit aan zijn vader en zijn vader stelde voor dat de jongen nu voor elke dag dat hij zijn zelfbeheersing behield hij een spijker uit de schutting haalde.

De dagen gingen voorbij en de jonge man was eindelijk zover dat hij zijn vader kon vertellen dat alle spijkers waren verdwenen.

De vader nam de jongen bij de hand en ging met hem naar de schutting. Hij zei: “Je hebt het goed gedaan, mijn zoon, maar kijk nu eens naar al die gaten in de schutting. De schutting zal nooit meer hetzelfde zijn. Als je dingen zegt in woede, dan laten ze een litteken achter net als deze gaten. Je kunt iemand met een mes steken en het mes er weer uit trekken. Het maakt niet uit hoe vaak je zegt dat het je spijt, de wond zal er blijven.”

Woede, een universele emotie

Woede. We kennen het allemaal, net als het niet goed kunnen beheersen ervan.

Woede kent diverse gedaanten en is dus alomtegenwoordig. Het is een ongecontroleerde emotie die uit het niets kan tevoorschijn komen en vaak getriggerd wordt door een externe situatie of persoon.

Woede en agressiviteit zijn besmettelijk.  Ongeacht waar het zich afspeelt: in huis, in het verkeer, op het werk, op social media of in het wilde weg. Het heeft met spiegelneuronen te maken en het activeert onmiddellijk ons overlevingsmechanisme dat zetelt in het oude reptielenbrein: (terug)vechten of (weg)vluchten. Begrijpelijk dus dat wanneer het in ‘jouw veld’ te warm wordt door taal of gedrag van een verhitte ander, dat je dan zelf ook gaat gloeien. Het gloeien hoeft echter niet te betekenen dat je er naar moet handelen.

Woede is altijd 100% jouw emotie, de projectie ervan op de situatie, het afreageren op allerlei manieren 100% jouw verantwoordelijkheid.

Gelukkig maar. Want dit betekent dat jij wel degelijk 100% controle kunt ontwikkelen over deze destructieve en toxische energie.

Excuses en mythes

Je eigen woede beheersen. Het is één van de moeilijkste vaardigheden die je toch (!) kunt ontwikkelen.

Echter, heel vaak verschuilen we ons achter de volgende ‘klassieke’ excuses en mythes:

– “Ik ben nu eenmaal zo” => gedrag is als kledij, je kan het veranderen, yes you can!
– “O het was niet mijn bedoeling” => je intenties tellen niet wanneer je gedrag en het effect op een ander pijn doet, draai de rollen eens om.
– “Sorry” => de ‘sorry-plaat’ is er één die best niet teveel blijft hangen. Nadenken vooraleer je praat werkt beter dan excuses. Gif of gal spugen doe je beter in het toilet.

‘Maar hoe kan het dan anders?’

Het ABC-tje van woedebeheersing

Woedebeheersing vraagt inzicht en volwassen ‘ouderlijke’ regulering. Het is oefenen in emotioneel intelligent gedrag en dus leerbaar en coachbaar. Natuurlijk is dat sneller geschreven dan gefixt in de praktijk. Introspectie, oefening en een ervaren mentor zijn hierbij imperatief. Toch zijn hier alvast enkele adviezen: 

Stop met denken dat de ander, de situatie, je werk, de maatschappij verantwoordelijk is voor jouw innerlijke emoties. Het leven buiten je houdt je slechts een spiegel voor en daagt je uit na te denken over je eigen keuzes, je koers, je reactiepatronen, je demonen, je verleden en je toekomst.

Start met denken “jij maakt mij niet boos, ik maak mezelf boos.” Dit en nog twee andere sleutelzinnen kunnen echt voor een doorbraak van jewelste zorgen en vormt trouwens de basis van het boeddhistische zelfreguleringsprincipe.

Onderzoek je denkfouten alsook (!) de wortels van je kwaadheid. Beloftes maken, teren op mooie intenties, het werkt – net als overdreven positivisme – echt niet! Hoe intenser je woede, hoe ouder je pijn en hoe dieper je verdriet. Je zal merken dat niet de actuele situatie noch persoon aan de basis ligt, maar een langer en vaak vergeten verleden.

Experimenteer ook met de transformerende woededempers van pauze, kalmte, plezier en humor. Het cultiveren van deze dempers in je leven, je agenda, je hoofd, je activiteiten bevordert de kwaliteit in je werk, relaties en leven.

‘En wat bij moeilijke relationele situaties?’

Check bijvoorbeeld deze spelregels. Het ABC-tje kan hierbij ook helpen:

Afleiding

Jezelf of de ander afleiden van het object of subject van de woede.

Wees de lamp ipv de lont en schakel over naar een helikoptermodus, activeer daardoor de innerlijke beschouwer, stop met jezelf boos te maken, stop met reageren, verschuif je focus van onmacht naar waar je wel macht (over hebt), verlaat desnoods (even) de situatie, koel af, kijk weg, adem in adem uit, beschouw vanuit rust.

Blootstelling

Eens de temperatuur is gezakt – en de ander ook emotioneel ‘beschikbaar’ is – de situatie op tafel leggen en er volwassen naar kijken, het aanpakken. De confrontatie durven aangaan. Want conflictvermijding is alleen goed in de eerste fase.

Het is raadzaam de situatie of de persoon meer vanuit mededogen en begrip te benaderen, spreek uit wat je voelt en dat je de situatie of ander wil begrijpen, luister, luister nog meer (dan je praat).

Correctie

Dit betreft een ander gedrag tonen, het vragen of voorstellen. Het gaat om het herstellen van veiligheid en vertrouwen.

Benoem je eigen aandeel zonder ‘(ja) maar’, stel de ander de vraag hoe die zich voelt, wat die zou willen, waar de pijn zit, wat die nodig heeft en wat jij kan doen. Verwoord ook voor jezelf hetzelfde naar die ander. Geef je grenzen aan en luister naar deze van de ander. Oefenen met ‘als…dan…’. Schakel eventueel een mentor of bemiddelende derde in.

Onthoud vooral het volgende:

“Beschadigde mensen beschadigen mensen, tot een veranderde houding de verhouding verandert.”

Liefhebben is veel meer dan een werkwoord. Wees aub bij ‘verhitting’ wat meer de held en wat minder het slachtoffer.

En jawel, oefening baart kunst…!

Good luck!

– Steve Van Herreweghe –

In vertrouwen kunnen (her)verbinden, het is zo essentieel.

Het wordt – echter – stilaan een kostbare curiositeit in de samenleving, een met uitsterven bedreigde ervaring én gewoonte, ook al zal de behoefte eraan nooit verdwijnen. Het zit namelijk ingebakken in ons evolutionair DNA, het is het fundament waarop we ons (over)leven, onze projecten, onze relaties en onze wereld (uit)bouwen.

Jammer genoeg stel ik in de dagdagelijkse praktijk, op straat, op sociale media, op de werkvloer en ook op feestjes echter vast dat – voorbij glimlach en façade, voorbij virtuele schijn (de hedendaagse kwalen en ziektes incluis) – enorm veel verborgen pijn, teleurstelling, angst en vereenzaming schuilt. Het stemt me triest, maar ook gedreven en opstandig (soms). Zijn er grenzen aan oppervlakkigheid? Is er aan de afwezigheid van werkelijk contact een vervaldatum gekoppeld? Ik ben er helemaal van overtuigd!

In de magistrale film Crash (2004) begint het verhaal met een botsing. Een voice-over vertelt dat “het in LA allemaal anders gaat als in andere steden. In LA raakt niemand elkaar aan. Ze verstoppen zich liever achter metaal en glas. Soms botsen ze tegen elkaar; gewoon om te voelen…” Herkenbaar ‘fenomeen’, niet?

‘Ik, we lijk(en) wel emotioneel gehandicapt’, ik hoor het steeds vaker. Voelen doen we precies enkel nog wanneer we compleet overdonderd worden door tegenslag, breuk, accidenten, aanhoudende pijn, verliefdheden … en overlijden. Drama als wakkerschudder, maar hoeft het zo?

Heel wat psychische kwalen en stoornissen waarmee we te kampen hebben vinden au fond hun oorsprong in vroegere (intieme) relaties; in beschadigde verbindingen, oude verbindingen die – net als ruis – de muziek in het hier en nu blijft overstemmen of zelfs overheersen. En ondanks dat we deze storende echo’s uit een ver verleden vooral willen dempen met eten, drinken, pillen of andere roesmiddelen, en onuitputtelijk veel verslavende gewoontes, loopt de enige werkelijke weg naar diepteherstel en -genezing via het opnieuw aangaan van relaties met anderen, maar dan wel anders, bewuster, voorzichtiger, sensitiever, authentieker én liefdevoller. Ahum.

“De snelweg naar essentiële kennis loopt via steden van bedrog naar de kust van ontwaakte verstomming”, quote ik reeds eerder. Maar, soms is  – zoals in het verhaal van Bruno – de opgelopen schade zo omvangrijk en zit dit zo diep verankerd dat we die kust niet halen en dat noch kennis en transformatie, noch de nieuw aangeknoopte verbindingen maar vooral ‘gevecht’ en ‘(uit)vlucht’ de enige relaties zijn die men nog kan of durft aangaan. Oppervlakkigheid dan maar…

Groeien in menselijkheid

Om te kunnen groeien als mens – en dus in menselijkheid onder de mensen – zullen we van online naar inline, van verblinding naar verbinding en van conflict naar contact moeten overschakelen. De ‘ruis’ als kans zien naar finetuning ipv de radio uit te zetten. Neen. Rustig leren worden in contact – eerst en vooral dicht bij onszelf blijven – én zo dichter bij de ander geraken, en terug, als een soort perpetuum mobile, een blijvend heen en weer pendelen tussen binnen- en buitenkant. Daarbij én helder bewust blijvend van de eigen roots, de diepere waarden, de bezochte steden van bedrog én tegelijk ook deze van je directe naasten, je omgeving, en alles en iedereen die op je pad komt. Ja ook vreemden en zelfs vijanden. Huh?

Jawel. Het moet moeite vragen, anders groeien de diepere sociale aanhechtingsspieren niet. Hieronder een zestal uitdagingen voor het gulzig, pronkerig en ‘zich-exclusief-wanend-deel-in-onszelf’: het ego, jammer genoeg nog al te vaak het middelpunt van ons boeiend maar o zo kort aards bestaan. Een alledaagse oefening in spiritualiteit, het liefst, op weg naar – wie weet – een vriendelijker, jovialer, enthousiaster en ko(s)mischer geïnspireerde maatschappij.

1Oordeel vermijden

“Een oordeel is moeilijker te splitsen dan een atoom”, zo sprak A. Einstein, meer dan een eeuw geleden. Nagels met koppen. Oordelen, het is van alle tijden en we doen het allemaal, en alle dagen, bewust en onbewust. Het is een zeer geliefd sociaal tijdverdrijf van het ego en haar pijlen missen elke vorm van diepgang, maar zelden de kwetsbare harten en zielen. Het wortelt vooral in geestelijke luiheid en blindheid en ligt aan de basis van taboevorming en dus verdrukking. Het werkt zeer destructief en creëert verdeeldheid en isolement in de maatschappij en in al onze relaties. Oordeel schept afstand, maakt onzeker en wakkert een defensieve houding aan. Check de 4 ruiters op het toneel van intieme relaties.

Mensen streven naar inclusie, naar ‘erbij horen’, zich opgenomen voelen in de ‘samen’leving. De baarmoederervaring zit nu eenmaal diep ingebakken in en drijft elk van ons naar de ander, en alle anderen toe. Iedereen heeft, ongeacht huidskleur, taal, religie, geaardheid, afkomst het recht om – met behoud van fundamenteel respect voor elk ander levend wezen – zijn/haar leven te leiden zoals hij/zij dat voor ogen heeft en dus verkiest. Het is niet omdat je de keuzes, het uitzicht, de vorm en geschiedenis van een ander niet begrijpt dat je zelf beter bent. Want dat is de boodschap achter elk oordeel: “ik ben beter dan jij”.

William James – de man die de moderne Europese psychologie naar de Verenigde Staten bracht – lanceerde ooit het volgende: “Mensen zijn als eilanden in de zee, aan de oppervlakte gescheiden, maar in de diepte verbonden.” De natuur als dankbare spiegel. Ga dus in dialoog met elkaar, leer de ander kennen, diens verhaal en geschiedenis, ontdek de persoonlijkheid voorbij diens façade en jouw eenzijdige perceptie. Finaal zijn we mensen, en dat (ver)bindt ons, de rest zijn slechts details.

Bezinningsvraag: hoeveel ruimte en vrijheid schenk jij de ander doorgaans in diens waarheid?

2Verdediging loslaten

Niks mis met het ego, we hebben het ergens nodig om onszelf te kunnen identificeren en dus onderscheiden. Maar, het is wel slechts een gereduceerde versie van onszelf, een afkooksel van ons volledig potentieel. En, het werkt als een mentaal-emotioneel programma, een soort verlevendigd script dat wil blinken door zich kritisch af te scheiden. Kritiek en verdediging horen vaak samen en vormen ‘de Siamese tweeling van conflict’. Waar de ene is, is quasi altijd de ander. Met onze kritiek plaatsen we onszelf boven en buiten de ander en zien we de ander als minder. Die ander reageert quasi instinctief en pareert de kritiek met verdediging omdat hij/zij zich gekleineerd of gedomineerd voelt, in casu het ego. Onze verdedigingsreflex zit natuurlijk heel diep in ons overlevingsmechanisme ingebakken, de vraag is echter of het wel nog nodig is, nuttig is, of het ons vooruit helpt en ons wel degelijk beschermt?

Wie zich vereenzelvigt met zijn/haar ego zit – bij een ervaren aanval – vrij snel gewapend in het zadel. Het uit elkaar halen van deze Siamese tweeling is geen sinecure, het is van lange duur en vraagt precisiewerk en vakmanschap. Belangrijk om weten is dat beiden niet zonder elkaar lijken te kunnen en ook wel als concurrenten strijden om voeding en macht. Macht is bij uitstek hét lievelingsvoedsel van het ego. En zowel via de kritiek als via de verdediging willen we die macht (terug)halen hetgeen tot een heuse uitputtingsslag kan leiden.

Het snel en gericht doorbreken van dit diep ingesleten ‘sociaal spel’ is dé uitdaging. Wat kan helpen hierbij zijn de volgende 4 reminders. Onthoud dat die (kritische) ander (1) zelf mogelijks niet goed in zijn vel zit, (2) een vorm van aandacht en geldingsdrang heeft (die identiek is of verschillend van de jouwe) maar ook (3) jou uitdaagt om zelf te groeien in ‘minder ego en reactie’ en (4) eventueel zelfs een leerrijke boodschap brengt. De kritiek(situatie) dus leren beschouwen als ‘vreemd voedsel’: ervan proeven met nieuwsgierigheid en zonder grillen, en wat je niet lust of niet voedzaam, gezond of lekker is laat je gaan. Voor meer hierover verwijs ik naar enkele spelregels rond ruziën.

Bezinningsvraag: hoe vaak schiet jij in verdediging en hoe bewust ben jij je daarvan?

3Kwetsbaarheid delen

Taboe lokte recent wekelijks 1,5 miljoen Vlaamse kijkers en is mijns inziens één van de beste sociaal-maatschappelijke programma’s van de laatste jaren! Waarom? Het brengt ludiek de verborgen maar alomtegenwoordige onderwerpen op een humane wijze in het licht, én het geeft vooral de mensen achter de aandoening een gezicht. Een uniek recept met humor als ‘de lekkerste saus’. De humanisering van psychische kwetsbaarheden, adhd, hoogsensitiviteit, depressie en burn-out is een trend die ik wel kan appreciëren, ook al gaan de gordijnen vrij snel weer dicht. Want op het toneel der ego’s weerklinkt het luid: “the show must go on”.

Het is nog steeds mijn vurig statement dat ‘in elke patiënt finaal een kwetsbare mens schuilt’, iemand met een verhaal, een diepere pijn en vaak immens verborgen verdriet, maar ook wel onrijpe dromen en verborgen verlangens. En kwetsbaarheid, dat is tevens de gedeelde natuur des mensen. Daarom schuilt ook in elke mens een patiënt, tot spijt van wie dit niet wil of durft te erkennen. Oogkleppen dus best af, het harnas van oordeel durven loslaten, de eigen broosheid erkennen en met sensitieve voelsprieten empathisch de brug oversteken naar het hart van eenieder. Het doorbreken van relationele en maatschappelijke verharding wordt ongetwijfeld één van de lastigste uitdagingen.

Bezinningsvraag: hoe moedig kan jij je eigen tere plekken laten zien, en wat vertel jij tegen jezelf om dit net niet te doen?

4Veranderlijkheid zien

Niemand houdt van verandering en zeker het ego niet. En toch is het de enige constante in ons leven. Van een tegenstrijdigheid én heuse uitdaging gesproken! Verandering vraagt dat we ‘ja’ zeggen tegen obstakels, omleidingen en koerswijzigingen, dat we controle op het/ons plan durven loslaten, een open geest en enthousiast hart bewaren ten aanzien van het onbekende, een reisattitude cultiveren in het leven en durven groeien in excellentie. Hola Pola!

Alles gaat voorbij. Slechts drie woorden, waarin o zoveel wijsheid steekt. Woorden die zowel troost kunnen bieden, in donkere tijden, maar ook de voetjes op de grond houden, bij voorspoed. Woorden die steek houden en resoneren met moeder natuur en al haar bijzondere wetten.

Iedereen gaat (dus ook) voorbij. Ontmoetingen, contacten, vriendschappen, relaties, ze zijn allemaal slechts tijdelijk én veranderlijk. Dit onthouden zorgt voor veel meer spontaneïteit, echtheid, empathie en waardering in contact, en dus ook voor minder negativiteit, wrok, haat en andere vormen van emotie-onderdrukking.

Bezinningsvraag: Hoe bereid ben jij om – onderweg naar je bestemming – je te blijven open stellen voor wat en wie er op je afkomt?

5Eindigheid aanvaarden

Van carpe diem tot memento mori, we gebruiken het te pas en te onpas. We leven in tijden van #yolo #metoo en #hierennu waarin alles zo intens mogelijk beleefd, nagestreefd en liefst zoveel mogelijk gedeeld moet worden. Dit past natuurlijk allemaal in het kraam van het ego, dat genoegzaam in de handen wrijft en deze oude levensprincipes dankbaar en gretig uitspeelt.

Het Ik boven alles, de idiotie van een zandkorrel dat zich woestijn en eeuwig waant. Een grappige, gevaarlijke tristesse is het. Vroeger hadden we de hemel nog als perspectief, maar de hemel is niet meer. Op rijstpap met gouden lepeltjes zitten we heus niet meer te wachten, de onmiddellijkheid der dingen is waar het nu om draait: onmiddellijk leuk, onmiddellijk geleverd, onmiddellijk geld, onmiddellijk succes, onmiddellijke matchkes, onmiddellijk in bed, onmiddellijk gescheiden. Onmiddellijkheid als nieuwe opium voor het volk, met opgejaagdheid, rusteloosheid, ontevredenheid en groeiende vervreemding als logische afkickverschijnselen.

Het ego ontziet en ontloopt de onzekerheid en de angst die de dood, het ultieme einde uitademt. Ook alles wat daar mogelijks aan herinnert wordt vanuit een angstvallige superioriteit weggehoond. Het dieper existentieel reflecteren hierop is nochtans een uitstekend antigif en geneesmiddel voor dit oeverloze vluchtgedrag. De diepe, ontwapenende en stralende glimlach van een boeddhistisch monnik bijvoorbeeld wortelt in dagelijkse meditatie op de eindigheid en vergankelijkheid. De dood als vriend, leraar en bron van waarachtige bevrijding en mededogen.

Bezinningsvraag: Hoe is je band met afscheid, einde, vergankelijkheid en nietigheid in het leven?

6Eeuwigheid herontdekken

In een Ik-gerichte samenleving telt de buitenkant, de status, de zichtbare resultaten, het (na te streven) bezit. De wereld aan de binnenkant, met name het afdalen in gedachten en gevoelens, het beschouwen van het samenspel der behoeften, het rijk der diepere machten en schaduwen, het waarom en waartoe der dingen en mensen, is voor het ego als het betreden van een spookkasteel, daar ook waar ‘die bizarre introverten’ onder ons zich zich vaak het meest thuis voelen.

De werkelijke zoektocht naar het goud is niet een uiterlijke maar een innerlijke, en ze brengt ons via de smalle straten der gedachten, naar moerassen en meren vol gevoelens en zo naar een diepere oceaan van mysterieuze realiteiten, mogelijkheden en waarheden. Het brengt ons bij het besef dat we ko(s)mische miscroscopische stofjes zijn, bestaande uit miljarden dansende cellen zich ingenieus groeperend tot een tijdelijk zichtbaar lichaam, dat – voorbij de zintuiglijke domheid en spirituele armoede van het ego – hunkert naar wasdom, verbinding en zielsverheffing. Het brengt ons bij verzoening met misschien wel één van de grootste paradoxen des levens: grootsheid (durven) ervaren in het nietige, en nietigheid (durven) ervaren in het grootse.

Bezinningsvraag: Hoe frequent richt jij je aandacht wat dieper naar de binnenkant en durf je in dialoog te gaan met het mysterieuze niet-weten?

 

– Steve Van Herreweghe –

 

Op een winterse morgen hoorde ik een Vlaamse radiostem diep zuchten: “de helft van de Vlamingen zijn volgens een recent onderzoek ongelukkig”…

De werkelijke armoede van een zgn. welvaartsland is niet langer van feitelijke maar van emotionele aard. Compulsieve scrollers zijn we geworden, van bericht naar bericht, op zoek naar (n)iets, automatisch piloterend van punt A naar Z, gestuwd en dus geleefd door vreemde agenda’s en afglijdend in ‘meer, beter, sneller’, net als verdwaalde dopamine-junkies, met vervreemding van zichzelf en anderen als neveneffect. In tijden van nooit geziene digitale interconnectiviteit lijkt het erop dat de kloof tussen elkaars harten en zielen zelden groter is. Vroeger sprak men nog over muren tussen mensen, nu zijn het schermpjes geworden.

En toch. Elke morgen opnieuw probeer ik het – tijdens mijn 8-minuten-wandeling – naar het bureau in hartje Gent: oogcontact met anderen, een glimlach misschien. Mensen zijn zo gehaast, zo verdwaald in gedachten, in tijd en smartphone, kijken zo afwezig, vaak bedrukt en slaperig voor zich uit. En toch blijf ik het doen, het houdt mij wakker, in verwondering ook, wanneer een enkeling het erop waagt. Oogcontact, basis van verbinding, hoe eenvoudig kan het zijn. Blikken die zich kruisen en mogelijks vermengen, in ruimte en tijd, en misschien een glimp van eenheid in verscheidenheid, van eeuwigheid in vergankelijkheid en van zin in gedeelde on-zin ervaren. Zien en gezien worden, maar dan zonder schermpjes en duimpjes als verb(l)indingsbruggen en -tools.

Hieronder een experiment van Amnesty International – geïnspireerd op de ontdekking van psycholoog Arthur Aron, zo’n 20 jaar terug, dat 4 minuten in elkaars ogen kijken mensen werkelijk dichterbij kan brengen. Het experiment – waarbij vluchtelingen en Europeanen tegenover elkaar werden gezet – werd (niet toevallig) uitgevoerd in Berlijn: de stad, die in de eerste plaats een symbool is van het overwinnen van de scheidslijnen, en ten tweede het centrum van het hedendaagse Europa lijkt te zijn.

Werkelijk zien en gezien worden, met naast oogcontact vooral ook spontaneïteit als sociaal maizena. Want niet zozeer de held- maar vooral de ‘kindhaftigheid’ in onszelf is aan herwaardering toe.

“Minder online, meer inline” is dan ook mijn motto voor 2018, en ik daag jullie uit. Want ook al leven we in een steeds transparantere wereld – waar het voyeurisme menige universele inzichten heeft gebaard en dus ergens een stiekeme vorm van verbondenheid in verscheidenheid heeft gecreëerd – stel ik echter vast dat veel mensen nog al te vaak verkrampen bij natuurlijke spontaneïteit en assertiviteit. Op zich geen drama, maar ’te strak’ en ’te geremd’ in woord, daad en dus keurslijf, kan finaal leiden tot milde en ook wel ernstige problemen op biopsychosociaal én professioneel vlak.

We functioneren nog teveel vanuit afweging en via de reageermodus, waarbij ‘overleven’ primeert boven ‘waarachtig leven’, ‘aanpassen’ het nog steeds haalt van ‘inpassen’, ‘vullen’ wint van ‘voeden’, ‘vermijden’ voorrang krijgt op ‘verzoenen’ en ‘maskeren’ belangrijker lijkt dan ‘exprimeren’. Daarom een ode aan en warme oproep voor de complexloze alledaagse spontaneïteit (in elk van ons): het vertrouwen op eerste impulsen, het alerter en opmerkzamer zijn, het sneller uiten van ongenoegen, het opkomen voor wat je ok maar vooral niet ok vindt, je binnenkant laten blinken aan de buitenkant. Want finaal kan men enkel in helder water – ontdaan van al het troebele en andere kleurstoffen – echt diep gaan kijken.

Laten we, naast het meisje in de regen, ook de driejarige Madeline als voorbeeld nemen en terug opgaan in ervaringen, mensen maar ook dieren en dingen alsof we ze voor het eerst (en misschien wel het laatst zullen) zien en beleven.

– Steve Van Herreweghe –

#30dagenzonderklagen.

Het mogen er ook 30.000 zijn, wat mij betreft. Let op, een klaag- of roddelkwartiertje kan wel eens deugd doen, zeker wanneer we er bewust van zijn, zuur verdient dan ook een plaats, zoals kiwi in een fruitmand, of citroen op een glas cola of in het vispannetje, maar het hoeft niet de hele mand in beslag te nemen, noch het gerecht of de sfeer te overheersen.

Bewuste mensen weten dat tegenslag, verlies, omwentelingen net als eb en vloed, de seizoenen, en de vele biopsychoemotionele cycli deel uitmaken van de stroom des levens. Zij vertrekken vanuit een interne locus of control en winnen aan energie en macht door een proactieve attitude.

Onbewuste mensen zien de buitenwereld als gescheiden van zichzelf en vervallen in klaagzangen, waarnemings-, attributie- en andere denkfouten. Zij vertrekken vanuit een externe locus of control en verliezen vaak aan energie en macht door een reactieve attitude.

Groeien in bewustzijn kan, maar het vraagt bijzonder veel moed, kritische introspectie, onderscheidingsvermogen, verantwoordelijkheidszin en assertief-empathische communicatie.

Aan de basis van ons wereld- en werkelijkheidsbeeld, ligt vaak ons zelfbeeld. Het zelfbeeld fungeert als een soort lens waardoor we de wereld gaan bekijken. De staat ervan steunt grotendeels op 2 pijlers: de interne en externe dialogen die we voeren en gevoerd hebben én het geheel van ons zichtbaar en verdoken gedrag.

Vandaar een bijzondere aandacht voor deze 2 boodschappen die echt het verschil kunnen maken op weg naar een (nog) bewuster, milder en positiever leven:

1. Draag zorg voor je gedachten wanneer je alleen bent

Volgens het Standford Research Institute (Washington, VS) denkt een gemiddeld mens zo’n 120.000 gedachten per dag, een stijging van 70.000 ten opzichte van 15 jaar geleden, toen men het onderzoek begon. Een groot deel hiervan is niet effectief en zelfs belemmerend voor ons functioneren. Het zijn de zogenaamde nutteloze gedachten als ‘wat denkt hij van mij, ik ben niet goed genoeg, waarom dit nu weer’, enz. Bovendien weten we dankzij de neuro- en biopsychomedische wetenschappen dat ‘elke gedachte die we opvangen of produceren bepaalde ‘neurochemische sporen’ nalaat in het lichaam en dat die ‘sporen’ dieper gaan wanneer we dergelijke ‘loops’ blijven herhalen (bijv. bij overmatig piekeren). In een wereld waarin individueel en collectief mentale overbelasting overheerst is het steeds moeilijker geworden om het overzicht te bewaren, controle te ervaren en ons innerlijk echt ‘vrij’ te voelen.

Het is m.a.w. niet langer een kwestie van ‘hoe gedachten mij met rust moeten laten maar veeleer hoe ik mijn gedachten met rust moet leren laten’. Toegepaste zachtheid naar binnen als mentale zorgoefening. Want gedachten zijn als voorbijtrekkende wolken: nu eens traag, dan weer snel, soms licht of zwaar en bij tijden ook heel donker, maar altijd, altijd trekken ze voorbij, tenminste als we ze ook zo beschouwen. Jij hoeft je er niet aan vast te klampen, noch erdoor te laten meevoeren of ze als waar te beschouwen, is de boodschap. En oefening baart kunst. Je gedachten meer opschrijven werkt bevrijdend, net als “Er is de gedachte aan …” uitspreken kan helpen om er afstand van te nemen en met “brengt deze gedachte me dichter of verder bij mijn doel?” als bijkomende hulpvraag.

2. Draag zorg voor je woorden wanneer je met anderen bent

Woorden kunnen goden maken, maar ook duivels kraken. En je maakt jezelf ook nooit witter door een ander zwart te maken. Onbegrip en negatieve projectie vormen vaak de motor van conflict en gevecht, met chronische stress en angst als olie, onwetendheid als sleutel en met toenemende emotionele afstand, ziekte en weerstandsdaling als onverbiddelijk resultaat. En dit terwijl we met zijn allen hetzelfde nastreven: ons erkend, begrepen en geliefd voelen. Ik las ooit dat “één goed woord wel voor drie winters warmte kan voorzien, terwijl één kwaad woord voor zes maanden vorst zorgt.” Mooie en treffende beeldspraak. Nadenken alvorens we ‘schieten’ dus, want tijd om een woord toe te voegen is er wel, tijd om er één terug te nemen niet. En bovendien hebben mensen al – diep verscholen – schotwonden genoeg…

Alleen inkeer en bewustwording van je diepere kern en(on)zichtbare verbondenheid met alles en iedereen rondom kan soelaas en verlichting bieden. De echt gelukkigen onder ons gebruiken de ander als spiegel en niet langer als doel(wit). Toegepaste zachtheid naar buiten als sociale zorgoefening. Want de echt gelukkigen onder ons stellen veeleer grenzen i.p.v. deze bij anderen te overschrijden. Denk daarom ook steeds sneller dan je praat, bouw wat meer aub in je communicatie: alert voor wat je binnenkant gebeurt, uitstel van onmiddellijk reageren en een secuur gebruik van bon-woorden?” (bedachtzaam, opbouwend en nuttig).

Succes!

– Steve Van Herreweghe –

“Wie teveel naar vakantie verlangt, leeft verkeerd.”

Als doordenker kan dit wel tellen, niet? Het klopt ook, in waarheid en hopelijk ons ook (een beetje) meer wakker. Wakker waaruit dan? Uit het “doen,doen,doen” en “moeten, moeten, moeten” – deuntje waarmee we onszelf en anderen blijven opjagen en zelfs irriteren, tot het deuntje zelfs uitmondt in een doffe cynische klaagzang. Moderne voorbode van burn-out, empathie-, levens- e.a. moeheden.

We lijken wel duracellkippen geworden, met onze AAA – batterijen ontzettend in het rood: in Ademnood hijgend, zuchtend – vol van kleine en grotere Angsten – en steeds Agressiever in woord en (over)daad, opgejaagd door vreemde agenda’s, rennend naar (n)ergens, en troost zoekend in gezonde en minder gezonde afrodisiaca.  En dit i.p.v. gezond en wel én crisis’wijs’ (check podcast) het groen in: de stroom des levens Accepterend – er zich wijs aan Adapterend – en met correct assertieve Acties er doorheen groeiend.

Wel, hoe tevreden ben jij eigenlijk? Ja jij! En neen, niet enkel over je werk, maar over jezelf, je relaties, je ontwikkeling? Check eens – als je wilt en tijd hebt – via deze quick scan hoe het met je globale tevredenheid, je prioriteiten en aandachtspunten op diverse levensdomeinen is gesteld.

De kom van je leven

Op een dag werd een oude professor gevraagd een lezing te geven over efficiënt tijdsbeheer. Hij nam het woord en zei: ‘Laten we beginnen met een experiment’. Hij haalde een aardewerken pot onder de tafel vandaag en zette die voorzichtig voor zich neer. Daarna nam hij een twaalftal grote stenen die hij voorzichtig in de pot legde. Toen deze gevuld was, richtte hij zijn blik langzaam naar zijn publiek en vroeg: ‘Is deze pot vol?’. Deze vraag werd unaniem met ‘ja’ beantwoord. De professor bukte zich opnieuw en nam een pot met kiezelsteentjes. Minutieus goot hij ze over de stenen. De kiezeltjes vielen tussen de stenen tot op de bodem van de pot. Opnieuw vroeg de professor: ‘Is deze pot vol?’. Zijn toehoorders begrepen zijn opzet en één van hen antwoordde: ‘Waarschijnlijk niet…’. Daarop haalde de professor onder de tafel een zakje met zand vandaan, dat hij aandachtig in de grote pot leeggoot. Het zand vulde de plaats tussen de grote stenen en de kiezelsteentjes. Wederom vroeg de professor: ‘Is deze pot vol?’. Ditmaal schudde zijn publiek eensgezind het hoofd. ‘Goed’, zei de professor, en alsof iedereen het verwachtte, nam hij een kannetje water en vulde de pot tot de rand en vroeg: ‘Welke grote waarheid laat dit experiment ons zien?’. De moedigste antwoordde: ‘Het laat zien dat onze agenda nooit zo gevuld is als we wel denken en dat er, als we het echt willen, nog altijd wel wat tijd is voor meer afspraken en meer activiteiten’. ‘Nee’, zei de professor, ‘daar gaat het niet om … de grote waarheid die in dit experiment schuilt, is de volgende: als je niet eerst de grote stenen in de pot doet, krijg je ze er achteraf nooit meer in’. ‘Wat zijn jouw grote stenen in jouw leven: je familie,  je vrienden, je dromen, gezondheid? Als we meer belang hechten aan de futiliteiten zoals het zand en de kiezelsteentjes, zullen ze alle plaats in beslag nemen en blijft er geen tijd meer over voor de belangrijkste dingen in het leven. Daarom mag je niet vergeten jezelf de vraag te stellen wat de grote stenen van je leven zijn, om ze vervolgens in de pot te leggen’.

Het is een heel herkenbaar menselijk fenomeen dat we pas echt grondig in actie schieten wanneer we vaak al ‘te ver’ in de alarmfase vertoeven. Uitstelgedrag, het is des mensen. Wachten tot het begin van een nieuw jaar om de goede voornemens (terug) uit de diepvries te halen is in feite totaal ineffectief als strategie. Wachten op ziekte hoeft al evenmin. Je hoeft niet ziek te zijn om beter te worden, schreef een wijze ooit. Een regelmatige en dus structurele reflectie (dagelijks, wekelijks, maandelijks) daarentegen werkt veel constructiever.

De Australische palliatieve verpleegkundige Bronnie Ware verzorgt mensen op hun sterfbed. Zij schreef het boek ‘The Top Five Regrets of the Dying’. Deze vijf punten sluiten naadloos aan bij het carpe diem en het memento mori beginsel en niet in het minst Abraham Lincolns wake – up quote dat “op het einde niet zozeer de hoeveelheid jaren in je leven tellen maar eerder de hoeveelheid leven in je jaren.”

Enkele ‘take – away’ BOODSCHAPPEN (inclusief oefening) vanuit het experiment :

1. Krijg zicht op JOUW bokaal

Evolueren of veranderen vertrekt steeds vanuit een confrontatie met de realiteit, jouw realiteit. En dit kan je zelf in kaart brengen door te inventariseren waar jij al je kostbare tijd aan spendeert. Hoe ziet jouw feitelijke agenda er vandaag werkelijk uit? Uit welke ingrediënten bestaat deze? Zit er een goede spreiding in werk, privé, sociaal? Ben je gelukkig met de gang van zaken? Is er evenwicht tussen diverse domeinen (professioneel, relationeel, hobby, familie, cultuur)? Hanteer jij wel de wetenschappelijke 8 (u werk)/8 (u privé)/8 (u slaap) gezondheidsregel?

Oefening : zet je neer en noteer eens alles wat je doet van maandag – zondagavond, dit is jouw bokaal, het is tevens de vertaling van jouw prioriteiten, focus en (actueel) leven. Maak vervolgens je TO DON’T lijst eens op. Check nadien ook de vuistregels omtrent intelligent tijdsbeheer.

2. Bezinnen over je grote stenen

Heb jij zicht op je waardenschaal, jouw bucket list? Waar droom(de) jij van als kind, als tiener, als (jong)volwassene? Heb je het gevoel dat je reële agenda dicht en heel ver van je droomagenda ligt? Waar zou jij (later) spijt over hebben nooit te hebben ondernomen, gedaan, gedurfd? Wat zou ‘je toekomstige zelf’ jou adviseren? Wat als je nog 1 jaar te leven zou hebben, wat zou je dan (niet meer) doen? Wat zou je doen wetende nooit te kunnen falen? (her)Opbouw van eigenwaarde is een dagelijkse oefening, begin vandaag nog!

Oefening : maak een collage (‘moodbord’, ‘mindmap’), met in het hart jezelf en er omheen alles waar je van houdt / hield en waar je heen wenst. Proactief visualiseren begint met een inspirerend design, dat weten we van architecten. Tip : gebruik wat meer Pinterest.

3. Erover praten met anderen

Reflectie is 1 ding, het allemaal helder krijgen iets anders. ‘Praten helpt’ zo luidt het cliché, en het blijft een waarheid als een koe. Niet alleen wanneer je vastzit of jij je down voelt of zelfs helemaal het noorden kwijt. Ook om zicht te krijgen op je waardenschaal, je diepere wensen en doelen kunnen gesprekken met anderen helpen. Een goede mix van vertrouwde – neutrale en deskundige ‘anderen’ werkt nog het best. Durf hen te betrekken, tijd en steun te vragen jou om je te helpen bij de uitklaring van je diepere waarden. En als praten nog niet goed lukt, begin dan met schrijven, kleine stukjes, langere, het liefst regelmatig (15min / dag). Schrijven (‘journaling’) is trouwens een heel gezonde zelfs therapeutische start om taal te geven aan wat onduidelijk of vaag is (ook bij bij conflict en ruzie)

Oefening : werk aan een lijstje van 5-10 mensen die jou zouden kunnen helpen in je verdere onderzoek naar jezelf. Dit kunnen mensen uit je kring maar ook (en het liefst) buiten je kring zijn. Doelgerichte netwerking verhoogt je zelfsturing en veerkracht. Stuur hen een mail / smsje, of beter nog : bel hen, nu!

4. Je identiteit niet verloochenen

Leef jij je eigen leven of voel jij je eerder geleefd worden? Blijf je eerder steken in het verleden van ‘hoe (goed) het vroeger was’ of klamp je vast aan ‘hoe het zou kunnen zijn’ – fantasieën, of heb je zelfs reeds die best case scenario’s opgeborgen? Veel levenswetenschappers maken in hun betogen, boeken ea media gewag van het belang van authentiek in het leven staan als basis van dieper geluk en voldoening. Voeling krijgen met wat werkelijk telt voor jou. Want wie zich beter wil voelen, dient ook het voelen te verbeteren. Tijd, ruimte en orde scheppen voor jezelf, het kan zelfs starten met 5-10 min / dag. Lang leve de reisattitude want je werkagenda moet in je levensvalies kunnen passen, nooit omgekeerd!

Oefening : denk eens na en schrijf neer wat je zou doen mocht je slechts nog 1 jaar te leven hebben. Wat zou je minder doen, wat meer, waarmee zou je stoppen, wie zou je opzoeken, met wie zou je breken, waar zou je heen willen gaan, welke oude dromen zou je van onder het stof halen, enz. En giet dit in een persoonlijke wensenkaart.

5. Van reactief naar proactief

Veel mensen ervaren hun werk, relaties en leven als ‘reageren op de omstandigheden die hen overkomen’, of ‘brandjes blussen’, of ‘dweilen met de kraan open’. Het kan zorgen voor een daling in het controlegevoel en je mate van eigenaarschap doen afzwakken. Investeren in jezelf, je doelen, je dromen vraagt spontane en gerichte actie én dus zelfvertrouwen. Maar zelfvertrouwen groeit ook door spontane en gerichte actie. Faalangst, drempelvrees, verlegenheid, het heeft altijd betrekking met en zit vastgeroest in verhalen uit het verleden, verhalen die we zelf blijven herhalen. Om deze vervelende cirkel te doorbreken vormen creatieve fantasie en gepast assertief gedrag dé sleutel. Nieuwe verhalen creëren aan de binnenkant schept de basis voor best case scenario’s aan de buitenkant. Niemand, hoe lief, goed, deskundig ook kan je over de brug helpen naar meer zelfvertrouwen indien jijzelf niet aan die nieuwe verhalen gaat werken. Of jij nu gelooft of niet gelooft dat het kan, je hebt altijd gelijk.

Oefening :  Verdeel een A4-tje in ligstand in 5 kolommen. Uiterst links plaats je jouw frustraties. Daarnaast wat je in de plaats zou willen (wensen – doelen). Rechts ervan maak je een kolom met als titel “Ja, maar” (jouw ‘verhalen’). Rechts in de 4de kolom bedenk je een alternatieve gedachte. Uiterst rechts : “to do (+timing)”

6. Streven naar progressie ipv perfectie

Uit diverse studies blijkt een sterk verband tussen perfectionisme en (verhoogde kans op bijv.) burn – out. Perfectionisme kan motiverend maar ook verlammend en destructief werken, dit hangt af van de totale persoonlijkheidsstructuur en de effectieve graad van perfectionisme. Perfectionisten hebben een ingebakken voorkeur te focussen op wat ontbreekt, wat nog niet af is of goed is en lijden ook vaak aan uitstelgedrag. Dit wordt ook vaak als het Zeigarnik-effect omschreven (check hier). Het is dus beter je scope te verbreden via de vragen (1) van waar kom ik (2) waar wil ik werkelijk heen en zo van je dromen doelstellingen maken door ze in een plan te gieten en deze te voorzien van haalbare stappen maar ook wel uitdagende deadlines. Vermijd hierbij teveel vergelijken en angstig vooruitzien en laat ‘beter worden dan wie ik gisteren was’ voortaan je motto worden.

Oefening : Lees meer autobiografieën. Lees meer tout court. Plan een 5-10 tal / boeken jaar. Suggesties : Leef voor jezelf (Ph. Mc Graw), Hoe overleef ik mijn familie (J. Cleese), Macht der gewoonte (J. Duhigg), Denken als Da Vinci (M. Gelb). Tip: maak je lijstje en recensies op via Goodreads

7. Grenzen kennen, stellen en bewaken

Verwijzend naar het homeostatisch principe is het van belang om je (biopsychosociaal en professioneel) evenwicht niet alleen te behouden maar het ook proactief te scheppen : leren doseren dus tussen moeten én willen, tussen geven én vragen, tussen activiteit én intimiteit.

Een dag bestaat finaal slechts uit 24u en deze deel je best structureel in volgens het 8/8/8 – principe. Plannen doe je best elke dag. Rust in bouwen (4x15min) is een dagelijkse maar ook wekelijkse must (4u). Verplichte bezoeken aan ouders, familie herbekijk je best, er zijn maar 52 weekends in een jaar! Kwaliteit der contact is belangrijker dan de kwantiteit. Sommige zaken moeten nu eenmaal gebeuren, da’s waar, doe het dan wel met enthousiasme, voeg meer willen toe aan het moeten, maar ook meer moeten aan het willen. Vergeet ook niet echt contact te (blijven) maken met je geliefden (op een dagelijkse basis) en als je iets nodig hebt of graag zou willen, verwacht het niet maar vraag!

Oefening : inventariseer eens je versterkende en verzwakkende relaties met anderen en zet er naast hoeveel tijd je er telkens aan besteedt. Check ook Pauzeren kan je leren en print de infografiek Relaxeren vanuit je 5 zintuigen af

8. Ongemak als voorbode van groei

Ongemak, stress, verandering, niemand die er echt van houdt. De klassieke geneeskunde trouwens ook niet. Lang leve het comfort en de bestrijding der symptomen. Crisissen in je leven kan je anders leren bekijken, ik verwijs terug naar mijn podcast mini-reeksje rond wijze coping en enkele andere blogteksten (3 verhelderende metaforen en post-traumatische groei). Leren omgaan met pijn is trouwens een vaardigheid die van pas komt bij nieuwe moeilijkheden en tegenslagen. Deze ‘copingskills’ maken je sterker en veerkrachtiger. Dit wordt vaak vergeten terwijl het net heel normaal – natuurlijk is gezien wij ‘voortdurende in ontwikkeling zijnde wezens’ zijn. Via dit filmpje wordt verduidelijkt wat we van kreeften kunnen leren over stress, weerstand tegen verandering en groei. Wil je nog meer survivaltools in lastige tijden, lees hier dan verder.

Oefening : 4xG. ga eens terug in je persoonlijke geschiedenis en lijst je dieptepunten links chronologisch op een blad (Gebeurtenis). Zet vervolgens in een kolom ernaast hoe jij ermee bent om gegaan (Gedrag) en in de derde kolom wat het Gevolg hierbij was, hoe ben je er uit gekomen, wie is in je leven gekomen, wie verdwenen, wat is er veranderd? In de laatste kolom schrijf je uit wat je liever had gehad dat gebeurde (Gewenst).

9. Schakel een mentor in

“Alleen jij kan het, maar je kan het nooit alleen”, zo luidt de centrale gedachte in een bekende organisatie voor verslavingszorg. Verslaafd zijn we ergens allemaal, aan kleine en grotere zaken. Gewoontes doorbreken, evolueren van verslaafd naar toegewijd, het vraagt enorm veel moed, wilskracht en .. inspirerende helpers onderweg! Je kan veel alleen maar je hebt hulp nodig en hulp inschakelen getuigt van bijzonder veel moed, lef en proactieve intelligentie!

Succes gewenst!

Mentor nodig? Welkom!

– Steve Van Herreweghe –

“Love Is All We Need”

En toch slagen we er vaak niet in om deze diepmenselijke behoefte te erkennen bij onszelf en bij onze dierbaren..

Waar we wel in slagen zijn ‘spelletjes spelen’ om verbondenheid manipulatief en soms destructief af te dwingen.

Het is één van de vele relatiemythes dat ruzie maken nodig is om een stevige relatie uit te bouwen. Niets is minder waar. Diverse vormen van ruzie laten zonder pardon onuitwisbare sporen na en knagen aan de binnenkant, en dus ook buitenkant van elke relatie. Het moet dus echt veel korter en gerichter (zie ook andere spelregels) en het liefst zo weinig mogelijk.

Onze noden versus ons hechtingsalarm

De behoefte aan verbondenheid is een fundamentele menselijke behoefte en na de ouders in de kindertijd en onze peers onderweg zijn het vooral de partner(s) en kinderen bij wie we deze behoefte hopen ingevuld te zien. Wanneer we deze verbondenheid met hen dreigen te verliezen ontstaat er hechtingspaniek, slaat ons hechtingsalarm aan, maar drukken we dit – vaak onwetend en compulsief – en dus allesbehalve op de juiste manier uit.

De Amerikaanse professor J. Gottman – die wordt beschouwd als de Einstein van de liefde – bracht naast zijn wetenschappelijke inzichten omtrent oa ‘hoe de quality-time tussen geliefden te verhogen’ (zie de magische 5 uur). ook de metafoor van de ‘Vier ruiters van de Apocalyps’ (verwijzend naar het Oude Testament, in casu de Openbaringen van Johannes: de 4 ruiters die een ‘rampspoed’ aankondigen).

Deze staan bij Gottman voor de 4 negatieve communicatievormen die in een intieme relatie zoveel schade kunnen aanrichten dat deze krachtige voorspellers kunnen zijn van relationeel falen en dus scheiding. Uit zijn wetenschappelijke observatiestudies blijkt dat 95% van de koppels gaat scheiden indien deze ‘ruiters’ te vaak en vooral samen optreden. Het vermogen van koppels om deze patronen te doorbreken en te veranderen (de inherente denkfouten incluis) is tevens een goede voorspeller voor de duurzaamheid van de intieme relatie.

John Gottman: “Repair during and after fight is the key to relationship success!”

De eerste ruiter:  kritiek

Deze ruiter is die van de persoonlijke aanval, de wijzende vinger, met “jij” als favoriete aanzet en de woorden “altijd, nooit” als conflictversterkers. “Er is iets mis met jou. Jij bent fout ! Jij bent alweer de vuilzakken vergeten buiten te zetten. Het interesseert je blijkbaar niet dat de garage stinkt. Jij neemt nooit je verantwoordelijkheid op”. Kritiek brengt een venijnige relatiedynamiek op gang, het levert vaak de brandstof voor een conflict en laat dit ook makkelijk escaleren. Het schept een gevechtssfeer en activeert automatisch het vecht- of vluchtmechanisme van ons instinctieve brein.

Het is enerzijds beter te leren pauzeren (zie vele tips), te oefenen met deze 3 nieuwe sleutelgedachten en je ergernis verstandig te uiten of gepast feedback te geven. Je zegt dan iets vanuit jezelf over het gedrag van de ander, zonder die onderuit te halen. Je blijft in het hier – en – nu, start met “ik”, zegt wat je observeert, deelt je gevoel en verduidelijkt je vraag. “Ik merk dat je vuilzak niet hebt buiten gezet en dat vind ik vervelend. We hadden daarover toch een afspraak gemaakt”.

De tweede ruiter: verdediging

Kritiek lokt dus een typisch instinctief gedrag uit, nl. verdediging. Bijna iedereen die zich aangevallen voelt reageert met afweer, met “Ja, maar” als veelvoorkomend begin. “Ja, maar ik heb de hele dag gewerkt en heb dan nadien nog de kinderen in het bad gezet. Ik ben dat vergeten”. Door zich te verdedigen gaat men niet in op wat de partner die ‘aanvalt’ tracht te zeggen. Het ego voelt zich bedreigd, het harnas aan, defensie voorbereid en daar gaat de energie… Men doet geen moeite om erachter te komen wat het precies is dat de ander zo stoort waardoor deze zich niet serieus genomen voelt en er vaak nog een schepje bovenop doet. Meestal gaat de verdediging dan ook weer over in een tegenaanval. “En ik dan ? Ik heb ook de hele dag gewerkt en wat als ik ook vergeet te koken of de kinderen vergeet af te halen ?”

Het is beter de actie – reactie te benoemen en te onderzoeken wat je partner zegt, proeven dus alvorens defensieve gal te spuwen. “Ik heb het gevoel me te gaan verdedigen wat ik niet wens, maar je “jij boodschap / kritiek” doet me wat pijn, kan zijn dat ik in de fout ben gegaan, kunnen we er anders over praten?”

De derde ruiter: minachting

Voor Gottman is dit de gevaarlijkste ruiter omdat hij tot doel heeft de ander bewust te kwetsen. De wapens van deze ruiter halen de ander helemaal onderuit, ontnemen de eigenwaarde en zorgen voor vernedering. Minachting kent vele gezichten: sarcastische opmerkingen, cynisme, een spottende blik, rollen met de ogen, … Minachting duikt niet plotseling op maar wortelt in ‘onuitgeklaarde negatieve ervaringen tussen beiden’ en het wordt gevoed door ‘blijvende negatieve gedachtencirkels over de partner’

Bijvoorbeeld: ‘Ben je moe? Ocharme toch! Ik ben hier ook van deze morgen vroeg op om alles gedaan te krijgen, en het enige wat jij kan doen als je thuis komt is in je zetel ploffen als een klein kind en te gaan gamen of op je gsm tokkelen. Ik heb aan jou gewoon een kind er bij.’

Het is raadzaam te onderzoeken wat onderliggend blijft steken, hoe lang geleden ook. Waar en wanneer is ‘dit’ begonnen, wat werd niet uitgesproken, waar zit men nog mee in de maag of ligt op de lever te sudderen? Oude niet-erkende en besproken pijn verzuurt de communicatie en dus de relatie. Anderzijds moet paal en perk gesteld worden en minachting buiten de intimiteit van de relatie gehouden worden. Het ABC – tje van woedebeheersing kan helpen, net als inzicht in de vele psychologische effecten. Ook het inschakelen van een professional (bemiddelaar / relatietherapeut) kan van waarde zijn.

De vierde ruiter: zich terugtrekken

Als een partner op een aanval reageert met verdediging is dat schadelijk omdat hij een conflict veroorzaakt, maar nog kwetsender is het als hij helemaal niet reageert door zich in stilzwijgen te hullen, te gaan lopen of een muur op te trekken. In het eerste voorbeeld van de vuilzakken zou dit betekenen dat de partner in kwestie niet reageert en bijvoorbeeld gewoon naar de living loopt en de TV opzet zonder een reactie te geven op zijn partner. Doordat hij zich afwendt, gaat hij een ruzie uit de weg zegt Gottman, maar ook de relatie. Er is geen contact meer, alleen nog afstand. Niets laat de ander zo machteloos achter omdat je de boodschap geeft: het interesseert me niet meer, je bent lucht voor me. Klank zonder beeld, weggaan, negeren zijn vormen van manipulatie en zeer nefast voor de veiligheid en het vertrouwen tussen beiden. Vermijdingsgedrag is des mensen, maar erken het, benoem het en vermijdt het zo veel mogelijk, zeker binnen intieme relaties. Het vraagt moed om heikel onderwerpen aan te kaarten en door te spreken maar geeft ook immens veel nieuwe energie, vertrouwen en hoop.

Liefhebben is – anno 2022 niet enkel een werkwoord, maar vooral een leerproces van jezelf (verder) ontwikkelen in het aanschijns van die bijzondere ‘eveneens in ontwikkeling zijnde’ ander. Bezint dus, eer ge beg/mint’ én vooral smeed samen een weldoordacht strak plan om deze 4 vernietigende machten voorgoed uit jullie huis te bannen.

Good luck!

– Steve Van Herreweghe –

“Pillen zijn een onderdeel geworden van de opvoeding”… #wtf

Zo staat in de krant van deze morgen. Laat de cijfers nog even bezinken: 3.125 kinderen tussen 11 en 15 aan de antidepressiva. #wtf In de leeftijdscategorie 16 tot 20 jaar gaat het om nog eens 14.480 jongeren – een stijging met 2 procent. En dat terwijl ook vorig jaar al aan de alarmbel werd getrokken. “Trieste tendens”, zo zeggen de psychiaters, ook al werken ze eraan mee..

Kunnen wij (ouders, opvoeders, geneesheren, beleidsvoerders) dan echt niet beter? #wtf Waar gaat dit heen? De maatschappij van morgen wordt stilaan zeker een afhankelijke, weinig weerbare, hoog-sensitieve, labiele groepering. #wtf

Even kort en ongezouten mijn mening :

… niet vullen maar voeden is het devies …
… niet pamperen maar bumperen vooral …
… geen pillen maar Plato desnoods …
… geen chemicaliën maar liefde, rust, grenzen en respect…
… en ook geen voorschrijfidioten maar inspirerende – holistisch werkende wijs-geren…
 

“We moeten onze kinderen veel leren” is misschien wel de grootste misvatting van het hele opvoedingsdenken waar vooral volwassenen immens mee worstelen (en hun kinderen dus ook).

Educatie komt van educare ofwel ‘eruit halen’. Onze kinderen zijn eigenlijk onze belangrijkste leraren, onze vergeten spiegels, die ons leren hoe broos, kwetsbaar maar ook speels, verwonderend, creatief en “gewoon blij” we kunnen zijn. Jij, ik, wij moeten dringend van onze hoogmoedige narcistische troon af en groeien in nederigheid ten opzichte van hen die tenslotte veel dichter bij hun ware pure ‘ikje’ staan (dan hun ouderlijke spiegels, die zich bang – hardnekkig achter maskers proberen te verschuilen, en in continue overlevingsmodus vertoeven) en het leven terug leren zien als een bijzonder schouwspel waar veel mogelijk is, waar vergiffenis logisch is, waar samen plezier maken de essentie is, waar liefde ervaren voor het schoon vanbinnen en overal rondom hét belangrijkste doel is.

Mijn visie en oproep is dus keihard : het is dus niet omdat ge ‘u’ kunt voortplanten dat ge ‘het’ moet doen. Identiteitsontwikkeling, emotionele tekorten dichten, relaties redden, existentiële leegte toedekken, ouders ea behagen, enz., wel : je hebt er geen kinderen voor nodig! Voed aub eerst jezelf (terug) op en bekijk het dan eens kritisch – doorwrocht (en ’t liefst meer vanuit een mondiaal perspectief en minder vanuit egoverblinding en inherente compulsiviteit) is mijn devies.

En als ze er zijn, leer ervan! Want terwijl wij ze wegwijs maken ‘door’ onthullen zij ons de wijsheid ‘van’ het leven. Volwassenheid, staat jammer genoeg nog al te vaak synoniem voor ‘opgedroogde verwondering’. In die zin zijn volwassenen ergens als overleden kinderen, ver weg van de essentie, verdoofd door allerhande en kompasloos de regie overlatend aan vreemde machtshebbers ea. hypnotiseurs. Alleen de mens die zijn kinderhart terug ontwaart ‘leeft’ echt en ‘geeft’ echt. Er was eens een kind, zwanger van magie, dromend van wonderen, liefde en geluk … herinner het en bevrijd het uit de stoffige kast der tijd, jouw tijd, jouw realiteit!

Boodschappen.

Ze zijn alomtegenwoordig, aan de binnenkant van de buitenkant en aan de buitenkant van de binnenkant. We ontvangen ze met en zonder medeweten en ze roeren zich op de achtergrond en voorgrond van ons (innerlijk) leven.

We geven ze voortdurend aan elkaar: bewuste en onbewuste, verbale en non-verbale, duidelijke en onduidelijke, rechtstreekse en onrechtstreekse, luide en stille, mooie en lelijke. In 2 instructies die je leven kunnen veranderen besprak ik reeds het belang van ‘bewuste zorgzaamheid’, van bewuster te worden ván en meer zorg te dragen vóór wat je in- en uitzendt, want wat je in- en uitzendt kan een ander maar ook jezelf (k)raken.

We zijn finaal vleesgeworden verhalen, en die verhalen die we over onszelf hebben gehoord fungeren als modellen, programma’s voor de opbouw van ons groter levensverhaal. Verhalen die door een machtsfiguur (ouderfiguur, familie, arts, …) werden gebracht én vaak herhaald in een situatie van verhoogde kwetsbaarheid hakken er steeds zwaar op in en blijven een soort hypnotische kracht uitoefenen, lang ook nadat we dit voor het eerst hebben gehoord. Over stigmatisering sprak ik (‘iets feller’) hier.

Bovendien verworden alle ontvangen en ingeprente boodschappen (de mooie, de lelijke) zich neurochemisch ook tot stofjes (neurotransmitters) in alle cellen van ons lijf. Het is dus essentieel dat we ons veel bewuster worden van deze diepe doordringendheid.

“Hecht je niet aan mooie noch lelijke woorden uit monden van anderen, zij kunnen de tijd- en woordenloze schoonheid, die je bent, in wezen nooit veranderen.”

Hieronder 12 universele boodschappen die elk klein en groot kinderhart verwarmt, in vaak koude, bange en (ver)vreemde tijden.

  1. “Doe maar”
  2. “Gebruik je zintuigen”
  3. “Blijf vragen stellen”
  4. “Vertrouw op tegenslag”
  5. “Speel en geniet”
  6. “Het ligt niet altijd aan jou”
  7. “Zeg gewoon “neen” als je niet wilt”
  8. “Doe een ander geen pijn”
  9. “Kijk eens over de haag”
  10. “Help je vriend”
  11. “Je bent uniek”
  12. “Ik hou van je”

– Steve Van Herreweghe –

Het leven is een geschenk dat we vaak vergeten uit te pakken, van het wonder te genieten. Steeds verstrooid en oeverloos zoekend naar het geluk er buiten en veelal moedeloos van een kale reis terugkerend. Tot we het geschenk terug (leren) zien en het licht erin aanvaarden. Ook al is het maar voor even. Gewoontes. Nog al te vaak ‘smet op dieper geluk’…

Velen zijn ziek – en dus ook ‘zoek’ – in fundamentele eigenwaarde en innerlijke vrijheid. Velen filteren te weinig, laten toe wat komt, slikken overmatig, stellen geen grenzen. Velen missen een helder zicht op het eigen prijskaartje, en zich tevreden stellen met wat de ander (niet) biedt, blijft vaak de enige optie. Ze volgen, ze lijden, verglijden, vergeten zelf te leiden, en troosten zich met tal van vervangmiddelen en positief denken.

De ‘zeef’ van eigenwaarde is jouw belangrijkste instrument in werk, relaties en leven om uit te filteren wat voor jou echt telt: geen kaf maar koren; geen overschot maar kwaliteit; geen zilver maar goud; geen beklemming maar stroming; geen oneerlijkheid maar respect! Wie niet zeeft, die zweeft…

Werkelijke vrijheid en waarde – beste mensen – ligt dus niet aan de overkant, noch in het huis of in de agenda van de ander. Neen. Het betreft veeleer een te ontdekken innerlijke schat. Dé ultieme limiet van jouw kennen, jouw kunnen en jouw zijn grenst namelijk aan de omtrek van jouw eigen voorstellingsvermogen en schuilt in de diepte van je eigen bewustzijn en – jawel – goedkeuring.

De volgende analoge denkoefening kan helpen naar ‘heropbouw’ van eigenwaarde. Ze begint met een vraag.

Herinner jij je laatste bezoek aan een chique restaurant nog?

In het bijzijn van één of meerdere geliefden, helemaal uitgedost, welriekend, en met honger uitkijkend naar een kwaliteitsvol kader, waar jij helemaal op je wenken werd bediend. Zalig!

Wel. Die beleving, die atmosfeer, die werkelijkheid … dat is je levensrecht … niet alleen dan … maar ALTIJD!

Beschouw jouw leven, jouw wereld wat meer als een klasserestaurant waar je elke dag heen gaat. Hier volgen 10 richtlijnen.

  1. wacht niet tot één of ander feest om je mooiste kledij aan te trekken, kleed je elke dag op je best, draag parfum, je favoriete sieraden, je nieuw paar schoenen.
  2. maak jezelf mooi elke dag met wat je hebt, vergeet niet te glimlachen in de spiegel voor je wegkijkt, schenk een knipoog aan jezelf.
  3. verras je partner en kinderen onverwachts en regelmatig met een welgemeend compliment omdat zij ook schoonheid (in zich) dragen, en dit horen van een naaste warmt het hart.
  4. kijk verwachtingsvol uit naar wat en wie je zal zien vandaag, te eten en te beleven zult krijgen. Gisteren is voorbij, vandaag wacht en heeft mogelijks van alles voor je in petto.
  5. weet dat jij als klant in het leven koning(in) bent, weet heel goed wat je wilt, zo niet vergelijk en onderzoek. Vraag naar datgene wat jij wenst, kies er intens voor en eis altijd kwaliteit voor je geld.
  6. durf je ook open stellen voor het nieuwe, het onbekende, met ogen, armen en handen open, maak (oog)contact met vreemden, knik alsof het een vriend is, en vooral proef alvorens je mening te geven.
  7. geniet elke dag van gezellig en sfeervol samenzijn, wetend dat het straks misschien voorbij kan zijn, elke keer opnieuw. Zeg wat vaker ‘dank je’ en ‘zie je graag’ en vergeet je geliefden niet te kussen.
  8. praat – net zoals tijdens zo’n diner – elke dag bij met je geliefden, luister naar hun verhalen, maak ruimte voor emoties zonder te oordelen, haal oude herinneringen boven en droom, samen.
  9. socialiseer, wees geïnteresseerd en vriendelijk tegen je buren (aan tafel), vreemden zijn potentiële vrienden, weet ook dat de glimlach steeds de kortste weg is tussen mensen.
  10. deel je opgedane (genots)ervaringen met anderen en schenk hen datzelfde adres, datzelfde geluk, gedeelde smart is halve smart, maar gedeelde vreugde is altijd dubbele vreugde.

Succes!

– Steve Van Herreweghe –

Het gaat tegenwoordig snel, heel snel. We hebben het druk met 1001 dingen en “geen tijd voor” wordt stilaan een algemeen aanvaard stopzinnetje om wat werkelijk belangrijk is te verdrukken. Tot het natuurlijk niet meer kan, tot ziekte, onophoudelijk geruzie, afstand of zelfs een scheiding uitbreekt…

Kwaliteitsdenkers maken gewag van het belang van prioriteitengebaseerde tijdsbesteding, jouw persoonlijke prioriteiten. Buig je eens over je agenda en stel de hamvraag : beg/heer ik mijn agenda of beg/heert mijn agenda mij? Is er wel degelijk evenwicht tussen activiteit en … intimiteit?

Eén van dé belangrijkste waarden en pijlers van veerkracht in het leven blijft nog steeds de intieme relatie met je partner.

Een relatie is, net als een bloem, een levend organisme : het ‘wij’ kent een geboorte, groeipijnen, behoeften, een eigen karakter en een bestemming. Hou het daarom levendig, blijf het voeden, verzorg de bodem, geef het voldoende licht, water en liefde, en dit op een dagelijkse basis, liefhebben blijft een werkwoord.

Gottman, een gerenommeerd Amerikaans professor in de psychologie (Washington) bestudeerde met zijn team langdurig koppels met een zgn. sterke ‘partnerband’. Deze bleken niet enkel de 4 ruiters in bedwang te houden, maar vooral ook gemiddeld genomen per week 5 uur kwaliteitsvol met elkaar ‘bezig zijn’ … het seksueel contact zelfs buiten beschouwing gelaten. Deze magische 5 uur zorgen ervoor dat de chemie, de verbondenheid, het rustgevoel, de vitaliteit in je relatie en dus in je leven aanwezig blijft.

De Magische 5 uur:

Afscheid: zorg voordat je ’s morgens afscheid neemt van je partner op de hoogte te zijn van een ding dat er die dag in zijn of haar leven gebeurt, of dat nu een lunch met de baas is, een bezoek aan de dokter of een gepland telefoontje met een oude vriend(in)
Tijd: 2 minuten / dag x 5 werkdagen
Totaal: 10 minuten

Weerzien: zorg aan het eind van elke werkdag voor een gesprek ter vermindering van je stress. De vraag “hoe was het vandaag schat?” gevolgd door een begripvol – vanuit een ‘wij-tegen-de-anderen’-houding – beluisteren van elkaars belevenissen, werkt heel destresserend en versterkt het gevoelsmatig en relationeel welbevinden
Tijd: 20 minuten / dag x 5 dagen
Totaal: 1 uur en 40 minuten

Bewondering en waardering: probeer elke dag een manier te vinden om oprechte genegenheid en waardering aan je partner te laten blijken
Tijd: 5 minuten / dag x 7 dagen
Totaal: 35 minuten

Genegenheid: kus elkaar, raak elkaar aan, houd elkaar vast en knuffel elkaar in de tijd dat je bij elkaar bent. Denk eraan elkaar een kus te geven voordat je gaat slapen. Beschouw die kus ook als een manier om kleine ergernissen die zich in de loop van de dag hebben opgebouwd te laten verdwijnen.
Tijd: 5 minuten / dag x 7 dagen
Totaal: 35 minuten

Wekelijkse afspraak: dit kan een ontspannen, gemakkelijke manier zijn om contact met elkaar te houden. Stel elkaar vragen om je liefdeskaarten bij te werken en richt je op elkaar. Uiteraard kan je deze afspraak ook gebruiken om zo nodig een probleem of een ruzie die je hebt gehad uit te praten.
Tijd: 2 uur / week
Totaal: 2 uur

——————————-
Algemeen totaal: 5 uur

En dan nu, aan de slag!

– Steve Van Herreweghe –

H

et is stil waar het niet waait’ … ‘alleen bomen komen elkaar nooit tegen’, hoor je wel eens zeggen. Klopt als een bus! Geen echt contact zonder wrijving, en na wrijving komt glans … soms … maar soms ook niet …

Het is één van de vele relatiemythen dat ‘een fantastische relatie steeds een vredige relatie is’. Intieme relaties zonder wrijving of conflict bestaan niet. Elke wrijving heeft echter een reden én een doel. De natuurkunde leert ons trouwens dat ‘wrijving’ kan leiden tot vormverandering en warmteproductie. Productie van nieuwe energie, warmte dus, zolang we maar niet oververhit geraken!

We zijn ‘hier’ finaal om te leren en te groeien als mens. Een dispuut, een ruzie, een conflict betekent dat er een diepere ontmoeting plaatsvindt tussen mensen. Door onwetendheid, angst en gewoontevorming kiezen we vaak voor ‘onaangepast ruziegedrag’: we vechten, vluchten of bevriezen en we halen de 4 onheilspellende ruiters op ons relationeel toneel. Heel zelden kiezen we voor een volwassen aanpak. Het doel van ‘wrijving’ is niet dat we winnen of verliezen of het gebeuren gaan ontkennen. Het doel is dat we bewuster worden van onszelf, evenwichtiger in relatie tot de ander kunnen functioneren en liefhebben als leerproces beschouwen.

In een intieme relatie verlangen we 3 essentiële zaken: (1) erkenning (2) invloed hebben en (3) geliefd worden. Een positieve, intieme, vruchtbare relatie is ook een onmiskenbare krachtbron om je vitaal en creatief in het leven te geven. ‘Respect’ is hierbij altijd het sleutelbegrip. Conflicten zijn vaak te herleiden tot een verwerping van of een onevenwicht tussen deze drie essentiële behoeften.

Bovendien vormen conflicten en ruzies vaak het topje van de ijsberg, verbergen ze veelal trauma’s uit vroegere intieme relaties, en verwijzen ze naar een fundamenteel gebrek aan eigenwaarde. Blijven hangen in woede- en pijncirkels verlengt de dramatiek en is immens beschadigend voor het veiligheidsgevoel en het wederzijds vertrouwen. Onthoud dat partners spiegels zijn van en voor elkaar, geen doelwitten! Juist dáárom is elke strijd, elk conflict een kans tot ver-zoen-ing met zichzelf en de ander.

Hieronder volgen een aantal ‘spelregels‘ indien er een ruzie of conflict is tussen partners:

1. Hou het ‘onder ons’

Ruzie is privé. Vermijd het betrekken van derden erbij, tenzij het om een deskundige gaat. Maak vooral ook geen ruzie in bijzijn van kinderen, dit kan voor ernstige emotionele schade zorgen en bovendien gaan ze ook dit voorbeeld volgen.

2. Blijf waardig

Hoogspanning zorgt voor heel wat averij. Emotionele uitbarstingen raken heel diep en missen altijd hun doel. “Ik meende het niet” is te laat. Bijt nog liever je tong af dan dat jij je impulsief stort in het gevecht. Blijf waardig jezelf, hou je hoofd koel en denk 10 maal na alvorens je gal spuugt.

3. Verschuif van solo-denken naar samen-denken

Veel conflicten zijn gebaseerd op misverstanden, jouw specifieke manier van denken over de situatie en het gedrag van je partner. Denkfouten kunnen heel hardnekkig zijn in aanhoudend conflict. Wees bereid om de ‘zes’ eens als ‘negen’ te bekijken en je partners visie te onderzoeken, misschien leer je nog iets?

4. Blijf bij de zaak

Wapen je niet met oude koeien, focus je op de situatie. Blijf dus bij de zaak en breid het onderwerp ook niet uit maar baken het af. Blijf bij ruzies bij de inhoud en verzorg de wijze waarop je communiceert. Vaak verschuift de ruzie naar ‘de manier waarop’ en dan wordt het complexer.

5. Beoefen meer zelfkritiek dan verwijtpolitiek

Vermijd “jij dit, jij dat”, dat verlengt en stookt het ‘gevecht’ alleen maar aan. Richt je naar binnen, onderzoek je eigen deel, proef de kritiek van je partner zonder deze uit te spuwen. Toegeven als je ongelijk hebt werkt bevrijdend. Het gaat minder om gelijk hebben, meer om gelukkig worden.

6. Speel de bal, niet de man

Wees heel zuinig met – vaak ten onrechte gebruikte – veralgemeningen zoals “altijd” en “nooit”. Een mug is geen olifant, blaas de situatie dus niet op. Focus je op de echte feiten. Als je partner ‘geen tijd heeft’, ‘koel’ of ‘koppig’ is hij / zij daarom nog geen ‘koppige ongevoelige egoïst(e)’

7. Opkomen voor jezelf is een keuze, niet altijd een vereiste

Jij hebt het recht om je gedachten, wensen en gevoelens te uiten. Onderdrukking hoeft niet. Jij bent wie je bent en jouw partner is wie die is. Water bij de wijn zorgt voor slecht water en slechte wijn. Echter, assertiviteit mag geen excuus zijn voor vechtlust, gematigdheid kan ook.

8. Weet waar de eindstreep ligt, hou de neuzen in dezelfde richting

De lont is dikwijls snel ontstoken. Woedebeheersing is een ware kunst, doch leerbaar. Stress, vermoeidheid en miscommunicatie liggen hierbij vaak aan de basis. Hoe intenser de ruzie, hoe dieper de wortels, hoe schadelijker het effect. Als je ruziet onthou vooral het doel ervan, maak van ruzie geen hobby, hou het kort en effectief.

9. Probeer eens de humor ervan te doorzien

Neus aan neus? Dan staat de gevechtsmodus op ‘aan’: adrenaline giert door je bloed, spieren gespannen, overleven de missie. STOP! Probeer de helikoptervisie: bekijk de situatie op denkbeeldige afstand, adem rustig, probeer eens een lach om jezelf. Humor ontspant, en verlicht.

10. Stel je grenzen en respecteer deze van de ander

Een ruzie, een relatieprobleem komt vaak neer op: 1. ’te dicht bij’ of 2. ’te ver van’ elkaar staan. De vaagheid der persoonlijke grenzen speelt hierbij een grote rol. Weten wat je wilt en wat niet, en dit consequent naleven is cruciaal. En, alleen als je ‘neen’ een ‘neen’ is, kan je ‘ja’ een ‘ja’ zijn.

11. Appelen zijn geen peren. De verschillen maken het boeiend

Net als jij is je partner een uniek individu met kwaliteiten én valkuilen. Sommige kenmerken zijn aantrekkelijk, andere ergerlijk, ook dit geldt in beide richtingen. Partners hebben veel gemeen, daarom zijn ze ook partners! Waardeer naast jullie overeenkomsten vooral ook jullie verschillen.

12. Eerst begrijpen dan begrepen worden

Wees de beste luisteraar! Gebruik de LSD-techniek (luisteren – samenvatten – doorvragen). “Bedoel je dat…?” “Begrijp ik het goed als je zegt…” zijn voorbeelden hiervan. Als je partner zich begrepen voelt verzacht dat vaak de spanning en het inspireert hem / haar ditzelfde te doen.

– Steve Van Herreweghe –